Praktische tips
Tip 1
Neem een handdoek of fleecedekentje mee als je met je baby op stap gaat: waar je ook bent, er zal meestal wel een vierkante meter zijn waar je baby op een kleed kan liggen.
Tip 2
Koop geen loopstoel of springveer: je houdt ruimte over en je kind zal zelf lopen en springen wanneer hij er aan toe is. Hij loopt en springt zelfs eerder en beter als hij het zelf mag bepalen!
Tip 3
Laat je kind pas in een stoeltje zitten als het uit zichzelf gaat zitten. Neem het tot die tijd op schoot wanneer je hem voedt of met hem speelt. Autostoeltjes, fietsstoeltjes, wipstoeltjes, kinderstoelen en al die andere leuk uitziende babystoeltjes – ze vragen allemaal teveel van zijn rug als hij nog niet uit zich zelf kan gaan zitten. Spaar zijn rug en jouw portemonnee.
Tip 4
Laat het autostoeltje in de auto en neem je baby op je arm mee naar binnen of leg hem over in de kinderwagen.
Tip 5
Autostoeltjes zijn ontworpen om je baby veilig in de auto mee te nemen. Maar ze dwingen je baby ook terug in de foetushouding die hij juist ontgroeide. Laat hem er dus niet onnodig in zitten.
Tip 6
Leg maximaal 5 speeltjes in de box; de box is van hem. Hij heeft ruimte nodig om te bewegen.